Rondgang bij deelnemers van Zicht op de Bodemstructuur en De groene draad.

 

Droge zomers

De afgelopen jaren zijn een test geweest voor de conditie van onze bodems. In de twee droge zomers van 2018 en 2019 zagen we de kwaliteit van het vocht leverend vermogen van de Flevolandse bodems. Waar de structuur en de bodemconditie voldoende op orde waren, ontstond voldoende capillaire opstijging van vocht en voldoende diepe doorworteling van het profiel. Op percelen waar sprake was van een verdichte laag of slechte structuur was het vocht leverend vermogen beduidend lager en hierdoor waren er lagere opbrengsten van de gewassen. Onder deze extreme weersomstandigheden is een gelijkmatige vochtvoorziening en intensieve doorworteling nodig voor gezonde en regelmatige groei van de gewassen.

 

Nat najaar

Vanaf vorig najaar is er veel regen gevallen. Met als gevolg dat de late oogst van aardappelen en andere gewassen op verschillende plekken structuurbederf heeft veroorzaakt. Ook het ploegen, spitten en laat tarwe zaaien is door de vele neerslag op veel plekken niet goed tot zijn recht gekomen. Het water bleef hangen in de bouwvoor en zakte onvoldoende uit naar de ondergrond. Door deze grote hoeveelheden neerslag was het niet mogelijk om onder goede omstandigheden te ploegen. Herstellend vermogen en verwering van de bodem was na laat geploegde percelen onvoldoende.

Goed wortelstelsel en bodemleven belangrijk

Grote uitzondering hierop zijn de percelen waar onder goede omstandigheden een groenbemester was gezaaid en deze de hele winter is blijven staan. Op deze percelen was de vele neerslag homogeen verdeeld in het profiel. Deze groenbemesters hebben een goed wortelstelsel ontwikkeld. Ook het bodemleven kwam bij de eerste regenval na de droge zomer weer op gang en heeft gedurende de winter gezorgd voor een goed poriënvolume. Deze wortels en het hoge aandeel poriën zorgden voor een goede drainage en verdeling van de grote hoeveelheid neerslag van de afgelopen winter. Dit beeld is op alle bodemtypen van zware klei tot lichte zavel waar te nemen.

Project De groene draad

Wat betekenen deze waarnemingen voor het toekomstig bodembeheer? Hoe houden we de bodemconditie voldoende op orde? Moeten we minder laat rooiende gewassen opnemen in ons bouwplan of kiezen voor vroege rassen? Moeten we een groter aandeel van onze bodem groen houden in de winter? In dit voorjaar lijken er alleen maar voordelen te zijn aan het groen houden van de percelen gedurende de winter. Zijn er ook nadelen? Hoe is het met het overwinteren van schadelijke insecten of plant parasitaire schimmels? Hoe is het met de overwintering van de natuurlijke vijanden van deze insecten en schimmels. Hoe maken we de groenbemester dood en werken deze onder? Dit zijn een aantal vragen die in het project “De groene draad” van het FAC het komende jaar onderzocht worden.